De kruimeldief Joseph erft op een zekere dag het smerige pension van zijn moeder. Dit vervallen hok staat in een trieste achterbuurt. Tijdens een stormachtige avond staat daar plots de goedzak Charlie (de gezellige dikkerd George Wendt uit Cheers) met zijn vrouw en zijn mooie dochter Daphne op de stoep. Ze willen wonder boven wonder een kamer huren. Het enigzins'vreemde' gezin blijkt zich buitengewoon te verheugen op een confrontatie met het tuig op straat. Zonder pardon gaat elke overvaller, aanrander en dealer die hun pad kruist met een brede smile voor de bijl. Charlie en zijn tuttige vrouw lusten er wel pap van. De stad schrikt van alle bloedbaden en de politie heeft al die tijd maar één verdachte op het oog: de arme Joseph. En die weet van niets, want zijn hoofd wordt volledig op hol gebracht door de gewillige Daphne..